Pneumokokken

Een pneumokok is een bacterie dat in uw neus en keelholte kan zitten. Van deze bacterie zijn er meerdere soorten bekend en het kan ervoor zorgen dat u ziek wordt. Het verspreidt zich als iemand, die besmet is, hoest, niest, een ander met ongewassen handen een hand geeft of een ander zoent.

Iedereen raakt wel een keer besmet met pneumokokken. De meeste mensen merken hier niets van, maar bij een klein deel van de bevolking verspreidt de bacterie zich verder in het lichaam waardoor ze ziek worden. Dit gebeurt meestal in 1 tot 3 dagen na de besmetting.

Kinderen onder de 2 jaar en mensen boven de 65 jaar hebben een verhoogde kans om ziek te worden. De meeste Nederlanders zijn sinds 2006 gevaccineerd tegen de pneumokokken, aangezien het bij een kleine groep mensen ernstige ziektes en klachten veroorzaakt.

De pneumokokkenziekte kan meerdere ziektes tot gevolg hebben, zoals:

  • Een hersenvliesontsteking (koorts, een pijnlijke en stijve nek en heftige hoofdpijn).
  • Een bloedvergiftiging (koorts, sufheid, afwezigheid en overgeven).
  • Een longontsteking (koorts, hoesten, pijn op de borst en benauwdheid).
  • Een oorontsteking (pijn in het oor, een rode en dikke gehoorgang, een verminderd gehoor en vocht dat uit het oor loopt).
  • Een neus- bijholteontsteking (druk en pijn op het hoofd, kaak en de holtes, een verminderde reuk en koorts).

Voor een specifieke beschrijving van de klachten per ziekte adviseren wij u om door te klikken. U kunt dan de klachten per ziekte overzichtelijk bekijken op onze website.

De pneumokokkenziekte gaan allen over met een antibioticakuur. Daarnaast is het mogelijk om meerdere keren ziek te worden door pneumokokken, omdat er veel verschillende soorten zijn. U kunt er wel voor proberen te zorgen dat u of een ander niet besmet raakt of ziek wordt. Dit doet u door:

  • U en uw kinderen te laten inenten.
  • Anderen in uw omgeving te informeren als u besmet bent, zodat zij op zichzelf kunnen letten als zij met u of uw zieke kind in contact zijn geweest.
  • In uw elleboog te hoesten.
  • Een zakdoek eenmalig te gebruiken bij het niezen of neus snuiten. Gebruik een papieren zakdoek.
  • Een zakdoek na gebruik meteen weg te gooien.
  • Uw handen goed en meerdere keren op een dag te wassen.

Dit laatste doet u door:

  • Uw handen goed nat te maken.
  • Vloeibaar zeep op uw handen te spuiten.
  • De zeep goed over uw beide handen te wrijven. Zorg dat uw hele hand is ingesmeerd en vergeet daarbij uw vingertoppen niet.
  • De zeep goed af te spoelen.
  • Uw handen goed af te drogen met een schone doek.

Heeft u een of meerdere van de eerder beschreven ziektes opgelopen? Neem dan direct contact op met uw huisarts. Deze schrijft u antibiotica voor of verwijst u door naar een specialist in het ziekenhuis. Bij de volgende situaties moet u extra alert zijn:

  • U wordt in korte tijd ernstig ziek. U krijgt hoge koorts of raakt juist onderkoeld.
  • U heeft moeite met ademhalen. U bent of benauwd of u heeft pijn tijdens het ademen.
  • U heeft erge hoofdpijn en een stijve nek.
  • U bent niet of nauwelijks aanspreekbaar.
  • U of uw kind heeft een grauwe huidskleur.
  • Uw kind heeft luierpijn.