Obstipatie bij kinderen

Bij obstipatie, ook wel verstopping genoemd, heeft uw kind moeite met poepen. Uw kind poept dan minder dan drie keer per week. Omdat uw kind niet goed kan poepen, blijft de ontlasting in de darm en daar wordt het erg hard en droog.

Obstipatie kan worden veroorzaakt door bijvoorbeeld slechte voeding, stress, aambeien of te weinig beweging. Voor de spijsvertering en stoelgang is het belangrijk dat de darmen gezond zijn met een goede darmflora. Als de balans tussen goede en slechte bacteriën verstoord is, kunnen klachten ontstaan. Door goed voor de darmen van uw kind te zorgen, houdt u de darmflora gezond en heeft u minder kans op een verstopping. Bij baby’s kan obstipatie komen doordat:

  • U de overgang heeft gemaakt van borstvoeding naar flesvoeding.
  • U de flesvoeding te weinig verdunt met water.

Bij peuters en kleuters kan obstipatie komen door:

  • Onvoldoende of geen tijd nemen om rustig op de wc te zitten.
  • Te druk zijn met bijvoorbeeld spelen en vergeten om naar de wc te gaan.
  • Lang ophouden van de ontlasting, omdat uw kind bijvoorbeeld op een andere plek is dan thuis. Dit doen ze dan omdat dit een nieuwe omgeving voor hen is.
  • Eten met te weinig vezels.
  • Niet voldoende drinken.
  • Te weinig beweging.
  • Stress.

Ziektes zijn eigenlijk bijna nooit de oorzaak waardoor uw kind niet poept.

Obstipatie kan verschillende klachten geven:

  • Poepen in de broek.
  • Weinig tot geen eetlust.
  • Harde ontlasting.
  • Als uw kind gaat poepen, kan er in één keer heel veel poep komen.
  • Als uw kind harde poep heeft, kunnen er scheurtjes in de anus komen, wat pijn kan doen.
  • Omdat er veel poep blijft zitten in de dikke darm, krijgen sommige kinderen buikpijn. Dit kan dan voorkomen in combinatie met buikkrampen.
  • Het is mogelijk dat uw kind wat diarree krijgt, wat langs de harde poep naar buiten lekt.

Soms is de obstipatie erger of juist beter dan de dag ervoor. Het kan zijn dat het poepen een tijd normaal gaat, maar de obstipatie later weer terugkomt.

Om het poepen te bevorderen, kunt u deze adviezen opvolgen:

  • Maak uw kind duidelijk dat het belangrijk is om naar de wc te gaan als het moet poepen.
  • Houd elke dag bij of uw kind heeft gepoept en op welk moment. Ook moet u beschrijven hoe de poep eruit zag en of uw kind klachten ervaarde. Dit kunt u vervolgens aan de huisarts laten zien. De huisarts kan dan zien hoe het poepen verloopt.
  • Als uw kind flesvoeding krijgt, vermijd dan extra water of bepaalde oliën in de flesvoeding en voorkom het gebruik van teveel poeder. Houd de aanbevolen hoeveelheid aan.
  • Een kind vanaf 1 jaar heeft 1 tot 1,5 liter water nodig. Zorg er dus voor dat uw kind voldoende vocht binnenkrijgt.
  • Als uw kind 2 jaar of ouder is, is het belangrijk dat er genoeg vezels in de voeding zitten. Vezels zorgen ervoor dat het vocht wordt vastgehouden in de darmen. Als er meer vocht wordt vastgehouden in de darmen, zal de poep zachter worden en gaat de ontlasting makkelijker. Vezels zitten vooral in: volkoren producten, zuurkool, winterpeen, sperziebonen, boerenkool, mango, peer, sinaasappel, bessen, havermout, kikkererwten en bonen.
  • Zorg ervoor dat uw kind minstens 1 uur per dag veel beweegt, dit kan bijvoorbeeld tijdens het spelen, fietsen, dansen of rennen zijn.

Bij de meeste kinderen gaat de obstipatie over met de bovenstaande adviezen.

Als de obstipatie is verholpen maar na een tijdje weer terugkomt, maak dan een afspraak bij de huisarts. Als uw kind last heeft van verstopping en één of meer van deze klachten heeft, bel dan de huisarts:

  • Pijn tijdens het poepen.
  • Pijn in de buik.
  • Bloedverlies uit de anus.
  • Diarree.
  • Uw kind valt af.
  • Misselijkheid.
  • Braken.
  • Ziek gevoel.
  • Verhoogde lichaamstemperatuur.
  • Weinig of geen eetlust en zin om te drinken.