Huidkanker

Huidkanker kan zich uiten in een vlekje, plekje of knobbeltje op de huid dat er anders uitziet als normaal. Het is een van de meest voorkomende kankersoorten en de belangrijkste oorzaak van huidkanker is veel tijd doorbrengen in de zon.

Huidkanker komt daarom veel voor op plekken van het lichaam die veel in de zon komen, zoals het gezicht, de buik, handen, armen en benen. Er zijn verschillende soorten huidkanker die er allemaal anders uitzien. De meest voorkomende soorten huidkanker zijn basaalcelcarcinoom, plaveiselcelcarcinoom en melanoom.

Basaalcelcarcinoom is de meest voorkomende soort huidkanker en de minst gevaarlijke. Deze vorm zaait zich eigenlijk nooit uit, maar moet wel behandeld worden omdat hij anders te diep de huid in groeit.

Plaveiselcelcarcinoom kan zich wel uitzaaien. Ongeveer 15% van de huidtumoren is een plaveiselcelcarcinoom, ook wel plaveiselcelkanker genoemd.

Een melanoom ontstaat vaak uit een ‘gave’ huid of een bestaande moedervlek. Het zaait zich sneller uit dan andere vormen van huidkanker, omdat het een agressieve vorm van huidkanker is.

Bij basaalcelcarcinoom of plaveiselcelcarcinoom ziet u vaak bobbeltjes met een lichtere kleur. Deze kunnen bijvoorbeeld bleekroze of rozerood zijn.

Bij een melanoom ziet u vaak meerdere kleuren zoals verschillende tinten bruin, rood of zwart. U herkent de melanoom als de ene helft van de vlek of moedervlek een andere kleur of vorm heeft dan de andere helft. Ook een onregelmatige rand van de vlek of moedervlek toont dit aan. Als de moedervlek verandert van kleur of verschillende kleuren heeft, moet u dit ook laten nakijken. Als laatste is de vlek of moedervlek verdacht als deze groter is dan 5 milimeter of jeukt, bloedt of verandert.

U kunt de volgende dingen zelf doen bij huidkanker:

  • Controleer uzelf:
    • Kijk of er rare plekjes in het litteken komen van een wond waarvoor u bent behandeld. Dit kunnen knobbeltjes, verkleuringen of korstjes zijn.
    • Let op of het litteken gaat jeuken.
    • Als u plaveiselcelkanker aan uw hoofd heeft gehad, let dan op of de klieren in uw hals opzetten.
  • Controleer vier keer per jaar uw huid op vlekjes, plekjes en bultjes. Als dit niet lukt, vraag dit dan iemand anders. Let hierbij op:
    • Kleurverandering
    • Vormverandering
    • Een rode huid rondom de vlek of plek.
    • Jeukende of bloedende plekken.
    • Plekken die makkelijk open gaan.
    • Zweertjes of korsten.
    • Wondjes en zweren die niet genezen.
  • Bescherm uw huid altijd tegen de zon.
    • Zit in de schaduw of draag een hoed.
    • Zo nodig, trek luchtige bedekkende kleding aan.
    • Smeer uzelf een aantal keer per dag goed in met factor 30.
  • Zorg dat u niet teveel in de zon zit.

Als u bent behandeld voor huidkanker, maak een afspraak bij de arts als u merkt dat de gehechte wond dik en rood wordt. Maak een afspraak bij uw huisarts als u een nieuw plekje of bultje op uw huid vindt, die:

  • Ruw wordt.
  • Verkleurt.
  • Schilfert.
  • Opeens jeukt.
  • Begint te bloeden.
  • Opengaat.

Als u een afwijking ontdekt of een huidplekje of litteken niet vertrouwt, neem dan contact op met uw huisarts of huidarts.