Artrose in de elleboog

Bij artrose is het kraakbeen versleten. Het kraakbeen zit tussen een gewricht en zorgt ervoor dat u uw gewrichten makkelijk kunt buigen, draaien of strekken. Bij artrose heeft u moeite met het bewegen van uw gewrichten. Dit komt doordat bij artrose in de elleboog het kraakbeen is versleten tussen het ellebooggewricht. U kunt uw elleboog minder goed strekken. Waarom artrose ontstaat is niet precies bekend, maar het komt wel vaker voor bij:

  • Vrouwen.
  • Mensen van 45 jaar of ouder.
  • Mensen met overgewicht.
  • Mensen die eerder een botbreuk hebben gehad.

Er wordt gedacht dat artrose ontstaat door:

  • Overbelasting van het gewricht.
  • Beschadiging aan het gewricht door blessures of ongelukken.
  • Een erfelijke factor.
  • Ontsteking van het gewricht.
  • Ziektes, zoals reuma.

Er bestaan twee soorten artrose:

  • Primaire artrose. Dit is artrose die geen duidelijke oorzaak heeft en waarschijnlijk wordt veroorzaakt door ouderdom.
  • Secundaire artrose. Dit is artrose die wel een duidelijke oorzaak heeft. Dit kan bijvoorbeeld overbelasting van het gewricht of overgewicht zijn.

Bij artrose in de elleboog kunt u de volgende klachten hebben:

  • Pijn in de elleboog. De pijn is vaak het ergst in de ochtend en wordt minder nadat u uw elleboog beweegt.
  • Uw elleboog is stijf.
  • Zwelling in uw elleboog.
  • Uw elleboog voelt warm aan.
  • U kunt uw elleboog minder goed bewegen dan normaal.

Artrose in de elleboog gaat niet over, maar een behandeling kan de klachten wel verminderen of laten verdwijnen. De behandeling is vaak bij de fysiotherapeut en bestaat vaak uit oefeningen voor uw elleboog.

Als u artrose in uw elleboog heeft, kunt u het volgende doen:

  • Blijf uw elleboog bewegen. Dit vermindert de pijn en stijfheid. Ook zorgt het ervoor dat uw klachten niet erger worden.
  • Probeer uw spieren rondom de elleboog te versterken, maar pas op dat u uw elleboog niet overbelast.
  • Als u veel pijn heeft, neem dan voldoende rust. Ook kunt u de elleboog koelen of verwarmen met een ice pack of kruik. U kunt zelf aanvoelen wat voor u prettig is. U kunt ook pijnstillers gebruiken tegen de pijn, maar gebruik dit niet langer dan vier weken achter elkaar.
  • Als u in uw werk beperkt wordt door de artrose in uw elleboog, neem dan contact op met de bedrijfsarts.

Neem contact op met uw huisarts als:

  • U vermoedt dat u artrose in de elleboog heeft. De huisarts zal u doorverwijzen naar het ziekenhuis. Hier worden röntgenfoto’s (en eventueel een CT-scan) gemaakt om vast te stellen of u artrose in uw elleboog heeft of niet.
  • U veel klachten heeft van de artrose in de elleboog. De huisarts kan u een ontstekingsremmend medicijn geven, waardoor uw klachten minder worden. Als het nodig is, kan de huisarts u doorverwijzen naar een chirurg, zodat u geopereerd kan worden. Dit wordt alleen in hele ernstige gevallen gedaan of als er botsplinters in het ellebooggewricht zitten.